Vandaag stuurde Minister Koolmees de aangekondigde herstructurering van het arbeidsrecht naar de tweede kamer. Een dik boekwerk van pak em beet 170 pagina’s gaat de komende maanden de arbeidsrechtjuristen bezig houden. Het betere geneuzel op de vierkante centimeter zeg maar. UIteraard hebben wij gekeken wat dit wetsvoorstel voor de horeca betekent. En zonder volledigheid te pretenderen: onze eerste indrukken.

Langere proeftijd

Kennelijk is een vast contract heilig geworden. Volgens de minister zouden de mensen met een vast contract namelijk een veel betere rechtsbescherming hebben. Daar kun je wel wat tegenin brengen maar dat heeft in deze blog niet heel veel zin. Belangrijker is echter dat de Minister de mogelijkheid geeft om een proeftijd van 5 maanden, ik herhaal 5 maanden, overeen te komen bij een arbeidscontract van vijf maanden. Je hoeft geen grote glazen bol te hebben om te bedenken dat sommige horecabedrijven hier misbruik van gaan maken.

Gratis geld voor werknemers

Gratis geld voor de werknemer vanaf de eerste dag. Waar nu de werknemer pas na twee jaar recht heeft op een transitievergoeding is dit nu vanaf de eerste dag. Dus als een contract van 7 maanden niet verlengd wordt, zal dit toch al snel een paar honderd euro extra opleveren. Daar staat echter tegenover dat bij langdurige contracten de transitievergoeding omlaag gaat.

Kortere contracten worden duurder voor de werkgever. Een technisch verhaal maar waar het op neer komt is dat de WW premies bij tijdelijke contracten hoger zijn.

Twee jaar wordt weer drie jaar.

Waar we nu gewend waren aan het regime van maximaal 3 tijdelijke contracten binnen de twee jaar wordt het nu weer drie tijdelijke contracten binnen de drie jaar.

Einde aan permanente beschikbaarheid van oproepcontracten.

Eerlijk gezegd kennen wij ze niet meer. De werkgevers die eisen dat oproep werknemers continu beschikbaar moeten zijn. Het kabinet maakt echter een einde aan dit probleem. Oproepkrachten moeten minstens vier dagen van te voren worden opgeroepen.

Tot zover onze eerste indrukken. Wordt vervolgd en de grote vraag is uiteraard wat er allemaal overeind blijft staan tijdens de behandeling in de eerste en tweede kamer.